Logo
Een ‘ophelderende verklaring van het oud letterschrift’ door de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen

Een ‘ophelderende verklaring van het oud letterschrift’ door de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen

Het lezen en ‘vertalen’ van oud Nederlands schrift (paleografie) is tegenwoordig een geliefde bezigheid voor veel archiefbezoekers, het geeft je namelijk toegang tot veel interessante bronnen. Ook vroeger hield men zich hier al mee bezig. Al in de zeventiende eeuw verschenen er handboeken om deze vaardigheid te leren, het was een belangrijk middel om de authenticiteit en betrouwbaarheid van oudere, vaak middeleeuwse, documenten te toetsen. Daarvan is dit handzame werkje uit het begin van de negentiende eeuw een voorbeeld. In tegenstelling tot vandaag de dag waren het destijds alleen zeer gespecialiseerde onderzoekers die zich hiermee bezighielden. 

In de negentiende eeuw gaat een grotere groep burgers zich met de geschiedenis bezighouden. Deze heren van stand hebben het geld én de vrije tijd om zich hobbymatig bezig te houden met historisch onderzoek naar tal van Vaderlandsche Oudheden. Bovendien is het natuurlijk essentieel het oude schrift in de te onderzoeken documenten te kunnen lezen. Niet in de laatste plaats om belangrijke historische documenten te beschermen tegen onverschilligheid en verwaarlozing. Wanneer je immers de tekst in documenten niet begrijpt, kun je deze ook moeilijk op waarde schatten. Daar zag de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen voor zichzelf een belangrijke en volksverheffende taak.

img verhalen 100 jaar berg en bosch 785x514px 

RHCVV, toegang 0722: Collectie oude drukken, inventarisnummer 42.

 

Daarbij kwam nog dat het kunnen lezen van oud schrift in deze woelige tijd, het boekje werd uitgeven in 1818 net na de Bataafse Revolutie en de Franse Tijd, niet alleen ter lering en vermaak maar zelfs van groot belang kon zijn bij het kunnen bewijzen van eigendoms- of andere rechten die in oude documenten waren vastgelegd. Na het neerdalen van het stof van deze revolutionaire periode was het in sommige gevallen wellicht nodig deze stukken weer voor de dag te halen wanneer er discussie ontstond over wie ergens recht op had, en om dan je recht te kunnen halen was het wel nodig dat je de tekst in de oude documenten kon lezen.

’t Nut was aan het einde van de achttiende eeuw opgericht om de Nederlandse bevolking door middel van educatie op allerlei vlak tot betere burgers te maken en gaf in 1818 dit lesboekje uit, zodat iedereen die dat wilde zich kon oefenen in het oude schrift uit de dertiende tot de achttiende eeuw. Het is daarmee het oudste ‘paleografisch handboek’ in onze collectie. Het boekje telt 66 pagina's waarin achtergrondinformatie wordt gegeven over de voorbeeldteksten, en waarin deze teksten zijn afgedrukt. Het vormt een geheel met het bijbehorende schrift waarin de oude handschriften zijn afgebeeld en waarmee de gebruiker kan oefenen. Deze ‘oefencursus paleografie’ is in 2021 geschonken door het Oudheidkundig Genootschap Niftarlake.