Logo
Belang van archiefonderzoek bij herdenken slavernijverleden

Belang van archiefonderzoek bij herdenken slavernijverleden

Het Herdenkingsjaar Slavernijverleden in 2023 markeert een belangrijk moment om stil te staan bij de afschaffing van de slavernij, bewustwording te vergroten, dialoog te bevorderen en onderzoek en educatie te stimuleren.

Archiefdiensten hebben de verantwoordelijkheid om historische archieven te bewaren en toegankelijk te maken voor onderzoek door een breed publiek. Dit omvat ook archieven die betrekking hebben op het slavernijverleden. Door deze archieven te behouden en te ontsluiten, biedt een archiefdienst de mogelijkheid voor onderzoek naar het slavernijverleden en het delen van kennis.

Door middel van gedegen onderzoek in deze archieven kunnen nieuwe inzichten worden verkregen en kunnen verhalen uit het slavernijverleden worden verteld. Dit draagt bij aan een breder begrip van de geschiedenis en helpt om het slavernijverleden te herdenken.

Archiefdiensten kunnen zelf actief inzetten op betere doorzoekbaarheid van archieven, digitalisering van archieven en het online beschikbaarstellen van documenten en collecties. Dit vergroot de toegankelijkheid van deze bronnen en maakt het mogelijk voor een breder publiek om onderzoek te doen naar het slavernijverleden en erover te leren. Het delen van digitale bronnen en het hergebruik bij educatie en tentoonstellingen draagt bij aan vergroten van het bewustzijn en begrip van de impact van slavernij op onze hedendaagse samenleving. Door middel van onderzoek kunnen we een open dialoog bevorderen over de complexe en gevoelige aspecten van ons historisch erfgoed.

Belang van context bij archiefonderzoek

Begrip van de tijd en context waarin archieven zijn gecreëerd is essentieel bij archiefonderzoek en de interpretatie van archiefstukken. Dit is niet alleen bij onderzoek naar het slavernijverleden, ook bij andere perioden in de Nederlandse geschiedenis. Bij het doen van onderzoek zijn we daar altijd van bewust. Stukken kunnen bijvoorbeeld dubbelzinnig of onvolledig zijn. Door de context van het document te begrijpen, zoals de tijd, plaats, gebeurtenissen en de mensen die erbij betrokken waren, kunnen onderzoekers een beter inzicht krijgen in de betekenis en bedoeling achter de informatie. Het helpt bij het interpreteren van de documenten en voorkomt verkeerde conclusies of misinterpretaties.
In archieven kunnen verschillende soorten bronnen worden gevonden, zoals brieven, dagboeken, overheidsverslagen en foto's. Door de context van de bron te begrijpen, inclusief wie de auteur was, de intentie erachter en de omstandigheden waarin hij werd geproduceerd, kan de betrouwbaarheid en geloofwaardigheid van de bron worden gewogen. Dit is erg belangrijk bij het bepalen van de waarde en het gebruik van de bron in het onderzoek.
Door de context van de documenten te begrijpen, kunnen onderzoekers verbanden leggen tussen verschillende bronnen. Ze kunnen patronen herkennen, relaties tussen mensen en gebeurtenissen identificeren en bredere verhalen reconstrueren. Dit helpt bij het verkrijgen van een dieper begrip van de historische gebeurtenissen en de context waarin ze plaatsvonden.
Het begrijpen van de context is ook belangrijk om te voorkomen dat moderne aspecten of begrippen worden toegepast op een tijdperk waarin ze niet bestonden of niet van toepassing waren. Als dat wel gebeurt, kunnen historische gebeurtenissen of documenten verkeerd geïnterpreteerd worden. Door de context van de tijd waarin de documenten werden geproduceerd te begrijpen, kunnen onderzoekers een juistere en genuanceerdere interpretatie geven.
Slavernijverleden in de Vechtstreek
De buitenplaatsen in de Vechtstreek waren luxueuze landgoederen langs de rivier de Vecht, die dienden als zomerresidenties voor welgestelde kooplieden, regenten en andere rijke personen uit de zeventiende tot en met de negentiende eeuw.

Het slavernijverleden is onlosmakelijk verbonden met de welvaart en economische activiteiten van die periode en daardoor met deze buitenplaatsen. Veel eigenaren waren namelijk betrokken bij de handel en productie van goederen, zoals suiker, koffie, tabak, cacao en specerijen, of bezaten aandelen in de VOC of WIC die zich met deze handel bezighielden. Plantages in de koloniën, zoals Suriname en de Nederlandse Antillen, waren afhankelijk van slavenarbeid voor de productie van de gewilde handelswaar. Deze handelsactiviteiten brachten grote rijkdom met zich mee, die vaak mede werd geïnvesteerd in de bouw en inrichting van de buitenhuizen. Dit betekent dat de rijkdom en prachtige architectuur van de buitenhuizen in de Vechtstreek verband houden met het slavernijverleden. Ook als er geen directe betrokkenheid van eigenaren bij de slavernij aantoonbaar is, kan er indirect geprofiteerd zijn van de economische welvaart die voortkwam uit de handel en exploitatie van de koloniën.

Meer onderzoek is nodig

Onderzoek naar de geschiedenis van vroegere inwoners van gemeenten in relatie tot slavernij is complex. Het kan ingewikkeld zijn om dergelijke informatie te achterhalen, omdat hiervoor veel onderzoek is vereist in verschillende bronnen die zich niet alleen bevinden in overheidsarchieven, maar ook in specifieke familiearchieven.

Notariële archieven bevatten vaak testamenten, koopcontracten, boedelinventarissen en andere juridische documenten die betrekking kunnen hebben op de aankoop, verkoop of erfenis van goederen die verband houden met slavernij, zoals plantages waarop met slavenarbeid producten werden verbouwd. Historische kaarten en plattegronden kunnen informatie bevatten over plantages en handelsroutes. Ook beeldmateriaal, zoals schilderijen, tekeningen, gravures, foto's of kaarten, kunnen verwijzen naar de historische band tussen buitenplaatsbewoners en de koloniale handel en slavernij, bijvoorbeeld in het geval van portretten van personen die zich lieten afbeelden in aanwezigheid van een Afrikaanse bediende. Inmiddels zijn er verschillende publicaties, artikelen en onderzoeksverslagen verschenen die specifiek gericht zijn op slavernij in relatie tot de Nederlandse geschiedenis en buitenplaatsen.

In huisarchieven van de buitenplaatsen en familiearchieven kan een verscheidenheid aan informatie gevonden worden, zoals correspondentie, akten, registers en administratieve stukken die betrekking hebben op de bouw, het onderhoud en beheer van de buitenplaats. Persoonlijke documenten, zoals brieven, dagboeken, familiepapieren, fotoalbums, correspondentie en verslagen van reizen naar koloniën. Deze bronnen kunnen inzicht bieden in de gedachten, opvattingen en ervaringen van de betrokken personen met betrekking tot slavernij en de effecten ervan op de buitenplaatsen. Deze bronnen zijn echter zeer schaars in onze archieven, zij bevinden zich wel bijvoorbeeld in het Nationaal Archief.

De huisarchieven kunnen zich op verschillende locaties bevinden, afhankelijk van de specifieke buitenplaats en het beheer ervan. Sommige buitenplaatsen hebben hun eigen archieven bewaard. Soms worden huisarchieven van buitenplaatsen bewaard in particuliere collecties, zoals bij families die historische banden hebben met de buitenplaatsen. Veel buitenplaatsen uit onze regio hebben sinds de jaren vijftig hun archief ondergebracht bij Het Utrechts Archief. Het RHCVV beheert er ook een aantal, zo bevinden zich in onze depots een aantal akten van Koningslust (Nigtevecht) en ook van Langverswegen/Schaapsgift en van Binnenrust (Abcoude).

Onderzoek bij het RHCVV naar Slavernijverleden

Zoals hierboven beschreven zijn er meerdere bronnen in de collectie van het RHCVV die geraadpleegd kunnen worden bij mogelijk onderzoek naar slavernijgeschiedenis, waaronder notariële archieven en gerechtelijke archieven. Deze bronnen kunnen waardevolle inzichten bieden in de geschiedenis en context van slavernij in de Vechtstreek en een aanvulling zijn op de informatie uit andere archieven, zoals Het Utrechts Archief, het Nationaal Archief en het Stadsarchief Amsterdam.

Net als andere archiefdiensten willen wij deze informatie toegankelijk maken. Het RHCVV heeft beperkte capaciteit om uitgebreid onderzoek te doen. Mensen die bij willen dragen aan het onderzoek zijn uiteraard van harte welkom op onze studiezalen in Breukelen. Je hoeft geen historicus te zijn om onderzoek te doen. Enige ervaring met het speuren in een archief en het hebben van affiniteit met het onderwerp is wel belangrijk. De ervaren medewerkers in de studiezaal kunnen helpen met advies en veel tips zijn vastgelegd in zoekhulpen online en in boekvorm.

Onderzoek bij het RHCVV in de archieven uit deze regio kan ook aanvullende informatie opleveren voor het onderzoek dat recentelijk is uitgevoerd in opdracht van de gemeenteraad De Bilt. Op 22 december 2022 werd een motie aangenomen om gemeente breed de afschaffing van de slavernij te herdenken en aan het Online Museum De Bilt werd gevraagd om een onderzoek te doen. naar de betrokkenheid van de inwoners van De Bilt bij slavernij en slavenhandel. Historici Anne Doedens en Dick Berents deden een uitgebreid literatuuronderzoek en gebruikten bronnen uit het Utrechts Archief, Stadsarchief Amsterdam en het Nationaal Archief.

De resultaten van het onderzoek van het Online Museum De Bilt worden gepresenteerd op 1 juli tijdens de eerste viering van Keti Koti in gemeente De Bilt.

De publicatie ‘De Bilt en zijn Slavernijverleden’ kunt u hier bestellen.