Logo

Dolle dinsdag

Met de landing van de geallieerden op de stranden van Normandië op 6 juni 1944, was de bevrijding van West-Europa in gang gezet. De soldaten hadden de kuststroken al snel bezet, maar het veroveren van het Franse binnenland ging een stuk lastiger. Toen Normandië eenmaal was bevrijd, ging de bevrijding redelijk snel. Op 25 augustus werd Parijs bevrijd en de geallieerden kwamen weinig tegenstand tegen, waardoor er snel richting Duitsland en Nederland werd getrokken.

Deze berichten bereikten ook Nederland, via de illegale kranten en de radio-uitzendingen van radio Oranje waar sommige Nederlanders stiekem naar luisterden. Op maandagavond 4 september hield minister-president Gerbrandy een toespraak. In de eerste versie van de toespraak stond dat de geallieerde troepen de Nederlandse grens naderden, maar Gerbrandy wijzigde dit en zei ‘de geallieerde troepen hebben de grens overschreden’. De illegale kranten schreven hier direct over, waardoor de berichten al snel de ronde deden. De geruchten bleven maar stromen en de mensen verkeerden dinsdag 5 september in uitgelaten stemming. Op sommige plekken werd de Nederlandse vlag uitgehangen en NSB’ers en Duitse soldaten sloegen op de vlucht. Deze dag staat bekend als ‘Dolle Dinsdag’.

Duitse militairen 1 Duitse militairen 2
Afbeelding: RHCVV, 1029 Gemeente Maarssen,
(1905) 1939-1957 (1967), inventarisnummer 40,
brief over uitbetalen bezoldiging van
15 november 1945.


Afbeelding: RHCVV, 1029 Gemeente
Maarssen, inventarisnummer 40, 
brief van de commissaris van
de provincie Utrecht van
14 september 1944.


 

Op 5 september 1944 werden de Nederlandse verzetsgroepen samengevoegd tot de Binnenlandse Strijdkrachten. De Binnenlandse Strijdkrachten wilden de geallieerden helpen om de bevrijding zo gemakkelijk mogelijk te maken. Dit wilden ze onder andere doen door waar het mogelijk was sabotage te plegen, zonder dat de geallieerden hier last van zouden ondervinden. Aan deze oproep werd ook in verschillende dorpen van de huidige gemeente Stichtse Vecht gehoor gegeven, maar de bezetter trad hier hard tegen op.

In Tienhoven deelde de waarnemend burgemeester namens de Duitse weermacht op 5 september mee dat ‘in geval in deze gemeente sabotage wordt gepleegd aan bruggen, wegen enz. de volgende maatregelen zullen worden genomen: [..] 10 inwoners dezer gemeente zullen worden doodgeschoten’. Daarnaast zouden de Duitsers ‘De huizen in de onmiddelijke nabijheid’ in de lucht blazen.1

 

Duitse militairen 1 Duitse militairen 2

Afbeelding:RHCVV, 1043 Gerecht en gemeente
Tienhoven, (1623) 1650-1957 (1975),
inventarisnummer 1132,
bekendmaking 5 september 1944.

Afbeelding: RHCVV, 1029 Gemeente Maarssen,
inventarisnummer 40, brief van de commissaris
van de provincie Utrecht van
11 november 1944.


 

De burgemeester van de gemeenten Maarssen en Maarsseveen, J. van Haselen, had samen met onder meer gemeentesecretaris H.J. Stevenhagen op 5 of 6 september sabotage gepleegd. De Duitsers waren er al snel achter gekomen dat Van Haselen hier mee te maken had, want zij hadden een poging gedaan om hem te arresteren. Vandaar dat hij vanaf 6 september moest onderduiken, Stevenhagen dook een dag later onder.2

Het gemeentelijk archief van Maarssen bevat een brief van 14 september 1944, die gericht was aan ‘Heeren Burgemeesters der gemeenten in de provincie Utrecht’. In de brief werd de burgemeester verzocht om een lijst op te stellen van ambtenaren die van hun post zijn weggebleven.3 Op 11 november schreef de nieuwe burgemeester van Maarssen en Maarsseveen, de NSB’er Jacob, dat burgemeester Johannes van Haselen en secretaris Hendrik Jacob Stevenhagen respectievelijk sinds 6 en 7 september ‘abwesend sind’.4 Op 31 januari 1945 werd Van Haselen officieel ontslagen, na de bevrijding pakte hij vanaf 7 mei 1945 weer zijn taken als burgemeester van Maarssen en Maarsseveen op.5

 

Verbod tot vlaggen 3
Afbeelding: RHCVV, 1029 Gemeente Maarssen, inventarisnummer 40,
brief van de commissaris van de provincie Utrecht van 23 mei 1945

Bronnen:
1. RHCVV, 1043 Gerecht en gemeente Tienhoven, (1623) 1650-1957 (1975), inventarisnummer 1132, bekendmaking 5 september 1944.
2. RHCVV, 1029 Gemeente Maarssen, (1905) 1939-1957 (1967), inventarisnummer 40, brief over uitbetalen bezoldiging van 15 november 1945.
3. RHCVV, 1029 Gemeente Maarssen, inventarisnummer 40, brief van de commissaris van de provincie Utrecht van 14 september 1944.
4. Ibidem, brief van 11 november 1944.
5. Ibidem, brief van 23 mei 1945.
 
« Terug naar het overzicht    « Klokkenroof    Koude huizen »